Santa Lucía del Trampal

Wanneer je door Spanje trekt kom je af en toe een kerkje tegen uit de Visigotische periode. Deze periode van ongeveer 500 tot de invallen van de Moren in het Iberisch schiereiland wordt gekenmerkt door een volk dat aan het einde van het Romeinse Rijk door Europa trok, geromaniseerd werd en uiteindelijk het Iberisch schiereiland in trok. Dit volk, de Visigoten waren christelijk. In die tijd was de leer van het christendom nog niet uitgekristalliseerd. De Visigoten beleden onder meer het arianisme, een leer die door de orthodoxe katholieke christenen werd verketterd. In enkele concilies in Spanje werd uiteindelijk de katholieke leer gekozen. Wat dit precies betekende voor Spanje is onderwerp voor mijn verdere zoektocht. In ieder geval gaf het een impuls aan de liturgie op het Iberisch schiereiland, uitgevoerd en beleden in kloosters en kerken.

De kerkjes die je nu nog tegenkomt in Spanje uit de Visigotische periode zijn klein en staan veelal in het platteland. Ze waren onderdeel van een groter complex van een klooster met bijgebouwen, maar van deze gebouwen is vaak niets meer te zien. Wat er nog staat is door de eeuwen heen herbouwd, opnieuw gebruikt door de Moren of christenen en van functie veranderd. Wat overbleef waren ruïnes of slechts fundamenten. De Spanjaarden hebben sommige van deze kerken op een uitstekende manier gereconstrueerd of hersteld. Met enige voorstellingsvermogen kan je je dan voorstellen hoe de kerk een onderdeel van een klooster was. Vaak gaat zo’n monument gepaard met een klein museum, een centro de interpretación, waar een lokale Spanjaard uitleg kan geven over de geschiedenis van het kerkje. Aan de hand van grote panelen kom je dan achter de fases waarin het gebouw de geschiedenis heeft doorstaan. Een bijkomstigheid is dat je meteen je Spaans goed kan beoefenen, omdat de plakkaten vaak alleen in het Spaans zijn opgesteld.

 

De bijzondere facade van Santa Lucía del Trampal

Zo kom ik op de weg van Mérida naar Cáceres, vlak bij het dorpje Alcuescár, een prachtig klein kerkje tegen. In Alcuescár kom ik na goed zoeken pijlen tegen die je de weg wijzen naar Santa Lucía del Trampal. Over een onmogelijk geasfalteerd weggetje klim ik de heuvel op en kom ik uiteindelijk bij een kleine parkeerplaats. Daar bovenop de heuvel zie ik wat tussen de bomen door. Een gebouw met drie nissen, drie kleine puntvormige daken voor een groter schip.Naast mij parkeren twee auto’s. De mannen laden apparatuur uit, statieven voor camera’s en andere onbegrijpelijke bollen. – Later hoor ik van de teamleider dat het een studiegroep is die van deze kerk een 3-D opname maakt voor onderzoek.-  In Spanje is dit één van de beroemste Visigotische kerken, zo leer ik later uit de informatie uit het centro de interpretación.

 

 

Reconstructie van een grote Visigotische kloosterkerk

Santa Lucía del Trampal is een van de zuidelijkst gelegen Visigotische kloosterkerken in het Iberisch schiereiland. Het kerkje ligt in een vruchtbare vallei met bomen en velden. In de zevende eeuw moet het hier een kruispunt geweest zijn van wegen naar Cordoba, Toledo, Mérida en Badajoz. Een vruchtbaar gebied, waar fruit en groente verbouwd kon worden, dieren gehouden en handel gedreven. In de zevende eeuw is hier een klooster gebouwd, waarvan nu alleen nog deze kloosterkerk staat. Pas in 1981 werd deze kerk ontdekt en bekend dat hier een bijzondere kerk stond. Het was vervallen en gebruikt als stal met aan een zijde een uitbouw met een eenvoudig boerenhuis. In het schip van de kerk liepen koeien en varkens, deels ingestort. Van 1984 tot 1990 is de kerk en de omgeving grondig onderzocht en is de kloosterkerk hersteld. Wat ik nu zie is dus een reconstructie van een zevende eeuwse kerk. Het is gebaseerd op wat er stond, deels gerestaureerd, deels opnieuw gereconstrueerd op basis van kennis die er in Spanje is over kerken uit de Visigotische periode.

Drie afzonderlijke koornissen

Er is een duidelijk verschil met de kloosterkerk uit Santa María del Melque. De Santa Lucía del Trampal kent geen nieuwe houten vloer of speciale belichting. Het is minder gepimpt dan de Santa María del Melque. Het schip wat ooit als stal diende ziet er nog steeds een beetje uit als een stal. Met enige verbeelding zie je er het schip van een kerk in. Verbouwingen door de eeuwen heen hebben er weliswaar een kale ruimte van gemaakt en er is door de constructeur een nieuw dak op gezet. Toch kan ik mij de monniken voorstellen die hier een mis volgden. Te meer omdat je in het koor kijkt, waar twee marmeren platen staan die de priesters scheiden van de rest van de kerkgangers. De koornissen, er zijn er drie, worden omgeven door hoefijzervormige bogen, mogelijk uit de Moorse periode, toen deze kloosterkerk onder invloed van de mozaraben – de christenen onder Moorse heerschappij – werd herbouwd. Ze vormen de drie facades die de bezoeker het eerste ziet. Kleine raampjes laten licht door. Elke koornis een eigen altaar? Ik vermoed het. Slechts de middelste koornis is te zien vanuit het schip van de kerk. de linker en de rechter zijn niet zichtbaar voor het volk. Buiten de kerk zie je nog de fundamenten van de vroegere zij abses. De kloosterkerk is breder geweest omringd door gebouwen met woonvertrekken voor de monniken. Wat rest is een uitzicht over de wijde omgeving. Heuvels en vruchtbare vlakten.

 

 

Ataecina

In het centro de interpretación staat nog een klein beeldje. Een heilig beeldje uit de pre-Romeinse tijd. Het is gevonden in de nabijheid van de kerk tijdens de archeologische opgravingen in de jaren tachtig. Het wijst er op dat deze heuvel al voor de Visigoten een heilige plek was waar goden werden aanbeden. De Visigoten kozen deze plek niet zo maar. Er was een zekere mate van continuïteit met het verleden. Alleen nu was het de verspreiding van een nieuwe religie, die vorm gaf aan het heilig koningschap van de Visigoten en waarbij de introductie van een nieuwe liturgie gebaseerd op de katholieke leer geïntroduceerd werd in deze streken. Een streek die het knooppunt vormde in handelswegen van noord naar zuid – wat nu de via de la plata is – en van oost naar west. En een vruchtbare streek waar men vee kon houden en landerijen kon cultiveren. Het is een bijzondere plek.

3D

Niet voor niets kwam daar een ploeg studenten die een 3-D opname maakten van dit kleine monument. Ze plakten stickers op de buitenmuren. In de kerk zetten ze grote witte bollen neer en zette een camera op een statief. Vlak voordat ik weg ging hoorde ik een zoemend geluid. Een drone komt voorbij met een camera. Af en toe blijft het hangen en maakt opnames van de kerk. En zo fotografeert dit apparaat een zevende eeuwse kerk van alle kanten. Binnenkort kan de hele wereld op internet de 3-D opnames bewonderen. Het kan de kerk hopelijk beschermen tegen een overvloed aan toeristen. Toch prefereer ik de echte beleving, het ruiken van de geuren, het zien van de enorme uitgestrekte landerijen en bossen rondom de kerk en de werking van het licht binnen.

 

 

Voor meer informatie – in het Spaans – klik hier