Een half jaar geleden schreef ik over de kerk Santa María del Melque na een bezoek aan deze Visigotische kerk. Na lezing van het boek ‘Visigothic Spain’ van Roger Collins blijkt de ontdekking van deze kerk een belangrijke rol gespeeld te hebben in de manier waarop historici en kunsthistorici naar de ontwikkeling van de Visigotische architectuur kijken. Santa María del Melque werd vóór 1970 gezien als een mozarabische kerk uit de tiende eeuw. Kerken werden mozarabisch genoemd, omdat ze door christenen werden gebouwd na de verovering van het Iberisch schiereiland door de arabieren (711). De echte Visigotische kerkjes, zo was de theorie, lagen noordelijk van de Duero, met San Juan de Baños als belangrijkste exponent.
Tussen 1970 en 1973 groeven archeologen rond de kerk. Zij ontdekten bijgebouwen en een ommuring om het complex. De Santa María del Melque bleek een kerk van een kloostercomplex. De datering van de Santa María del Melque moest na deze ontdekking wel in de zevende eeuw liggen; een Visigotisch klooster. Dit wordt ook verteld in het kleine museum dat naast het kerkje staat. Het verhaal is dat een rijke edelman uit de kleine kring rond de Visigotische koning in Toledo dit klooster liet bouwen.
Umayyaden
Echter, Roger Collins vervolgt zijn verhaal met nieuwe inzichten in de architectuur en decoraties van de Santa María del Melque. Zo ontdekte men dat de ornamenten en decoraties van de kerk een sterke overeenkomst hadden met een paleis van de Umayyaden in Syrië. De Umayyaden vestigden zich vanaf 756 in het zuiden van Spanje. Zij bouwden in Cordoba en waren heersers van het Iberisch schiereiland. De invloed van de Umayyaden op de style en architectuur van de kerk moest de Santa María del Melque misschien wel gedateerd worden in de tweede helft van de achtste eeuw. Wanneer dit zo zou zijn, zo stelt Collins, zouden veel Visigotische kerken vanwege hun stijl naar de post-711 periode geherdateerd moeten worden. En zo, vervolgt hij zijn verhaal, wordt de theorie bevestigd dat de Visigoten vooral de laat Romeinse architectuur volgde. Een echte breuk in de architectuur in Spanje volgde pas na de verovering van de Arabieren.
Maar is dit echt zo? Collins weerlegt deze theorie door de architectuur en decoratiestijl te verbinden aan die van de Byzantijnen. De architectuur en stijl van de Umayyaden in Syrië kent haar oorsprong in regionale Byzantijnse architectuur. Kan het niet zo zijn dat zowel de Visigoten als de Umayyaden door deze Byzantijnse stijl en architectuur is beïnvloed? De Byzantijnen hebben sinds de zesde eeuw regio’s bezet en veroverd in in het zuidoostelijk kustgebied van het Iberisch schiereiland, onder andere Cartagena en Murcia. Mogelijk is de invloed van de Byzantijnen groter geweest dan alleen het kustgebied. Zo kunnen zij gevraagd zijn om hun bouwkennis en kunde in te zetten bij het bouwen van nieuwe gebouwen in het Visigotische rijk. En zo kan de Santa María del Melque weer een Visigotische oorsprong hebben, met Byzantijnse elementen.