Vorige maand schreef ik over Carles Casagemas en de tentoonstelling in het Museu Nacional d’Arte de Catalunya. Carles was 18 maanden lang de compagnon van Picasso en experimenteerde met tekenen en schilderen in een modernista stijl. Hij maakte op 20 jarige leeftijd een einde aan zijn leven. Het lijkt op de idolen van tegenwoordig die op jonge leeftijd zelfmoord plegen, zoals Amy Winehouse en Curt Cobain. Maar wat was de achtergrond van de dood van Casagemas? En wat had Picasso hier mee te maken?
In het boek over het leven van Picasso van John Richardson wordt een tipje van de sluier opgelicht. In het eerste deel schrijft hij over Casagemas. We lezen over een knaap die als nakomertje opgroeit in een welgesteld gezin met drie oudere zussen. De ouders hebben twee kinderen verloren waaronder een zoon. Carles wordt verwent. Hij is eerst bestemd om in de marine een opleiding tot officier te volgen, maar dat wordt het niet. Mogelijk omdat zijn vader een Amerikaan is met connecties in de VS. Hij start een opleiding in de kunst en decorbouw in Barcelona. Hij ontwikkelt zich snel tot een tekenaar en schilder met een sterke modernista stijl.
In die periode ontmoet Picasso Casagemas. Carles is een van de vrienden uit de kunstenaarskring in Els Cuatre Gats, het café dat nog steeds bestaat. Picasso en Casagemas zijn vanaf 1899 onafscheidelijk. Ze huren samen een studio in Riera Sant Joan. Picasso maakt portretten van Casagemas en vice versa. Ze zijn verschillend.
Richardson schrijft dat Casagemas vaak dronken was en morfine gebruikte. Hij was depressief en zwaarmoedig. Ook is er een onbewezen vermoeden dat hij impotent was. Hij ging met Picasso en zijn vrienden naar bordelen, maar ging nooit met een vrouw mee naar een kamer. Dat alles beïnvloedde zijn tekeningen en schilderijen.
Casagemas was onafscheidelijk van Picasso. Hij leefde samen met hem in Barcelona en reisde met hem naar Parijs. Samen huurde ze daar een atelier en ze experimenteerden met hun tekeningen, tekenden modellen, waaronder zijn fatale liefde Germaine. Na een aantal maanden keerden ze terug naar Spanje, naar Malaga. Ze zagen er zo slecht uit dat ze niet werden toegelaten tot een hotel. Ze vonden onderdak bij familie van Picasso.
Richardson schrijft dat Casagemas in Malaga tot niets kwam. Hij was constant onder invloed van drank en drugs. Picasso was het parasitaire gedrag van Casagemas zat. Hij wist, zo verondersteld Richardson, dat hij zichzelf niet verder zou ontwikkelen als hij bij hem bleef. Picasso zette hem daarom op de trein terug naar Parijs.
Het noodlot volgde in Parijs. In een café schoot Casagemas eerst op zijn geliefde Germaine en schoot zichzelf daarna door zijn hoofd. De dood van Casagemas was een klap voor Picasso. Hij reisde af naar Parijs en maakte daar verschillende schilderijen van zijn lijk, beroemde schilderijen. Voelde Picasso zich schuldig over zijn dood?
Voor mij blijven na het lezen van Richardson een aantal vragen onbeantwoord. Was Casagemas homofiel? Was hij niet alleen verknocht aan de kunst die Picasso maakte, maar ook op Picasso zelf? Het maakt het verhaal alleen maar tragischer. Ik stel mij een jongen voor die zich geen raad weet met zijn seksuele geaardheid en verliefd wordt op een vrouw. Hij komt er achter dat zij niets van hem wil en hij twijfelt. Dan pleegt hij zelfmoord. Het is bijna een plot voor een film.